Hopperoute 2009

Een dorstige maand augustus snakte naar bier – tijd voor de Hopperoute
Wegens familiale verplichtingen konden we vorig jaar jammer genoeg niet deelnemen aan de eerste editie van de Hopperoute. Maar na afloop hoorden we uiterst lovende woorden over deze rit, zodat we de tweede editie beslist niet wilden missen ! En het moet gezegd zijn : Alain en Sandra hebben er dit jaar weer iets uitzonderlijks weten van te maken : stuk voor stuk toplocaties die met elkaar via prachtig uitgezochte wegen verbonden werden. Je voelde het : deze rit was met passie (voor MG’s en alles wat erbij hoort …) samengestoken
Het begon reeds met een uitzonderlijk mooie en zonnige dag : 28°C werd er die dag voorspeld, dus een fris pintje gingen we die dag wel kunnen gebruiken. Niet minder dan 54 blinkende MG’s brachten ’s morgens hun eigenaars samen in het pittoreske stationnetje van Baardegem. De sfeer was bij iedereen opperbest, en reeds tijdens de inschrijvingen werden we met de feiten geconfronteerd : Alain en Sandra hadden al een bakje bier leeg gemaakt en versierd met een paar hopperanken. Hoppe, en het daaruit voortvloeiende bier, is nu eenmaal het thema van deze rit. Het bakje bier was overigens ook een oldtimer… op de kop getikt op een rommelmarkt in het Brugse en ooit nog toebehoord aan
de Brouwerij Henri Maes – De Halve Maan; niet toevallig het eindpunt van deze rit.
hoppe_2009-6
Het interieur van het voormalige station ademt nog steeds de sfeer van toen uit. Je waant je in een oude treinwagon, compleet met oude valiezen en tassen in de bagagenetten. Daar had de waard zich – zonder het te beseffen – ver geriskeerd met die te laten liggen. Want iedereen vond er wel eentje die mooi bij zijn MG zou passen. Er waren er zelfs die zowaar de prijs aan de arme man gingen vragen …(ze waren niet te koop) We waren bij de laatste om te vertrekken; tijd te kort om tegen iedereen te praten (het was dan al ook
2 weken geleden dat we de meeste nog gezien hadden…) Rond kwart voor tien nestelden we ons dan toch in onze MGA; zonnebril en pet op, en voor de zekerheid nog wat zonnebrandcrème gesmeerd voor we konden vertrekken. We toerden eerst wat doorheen de Faluintjesstreek; waarna het al snel richting Waasland ging. Het roadbook waarschuwde ons dat een paar wegen niet zo vlot toegankelijk waren. Dus gingen we maar op bezoek bij nonkel Jef, die echter niet thuis was, waardoor we verder doorheen de prachtige streek konden toeren. Nonkel Jef kwamen we trouwens rond de 24e kilometer tegen op zijn fiets. De brave man, al een beetje van leeftijd, had wellicht al zijn privéhopperoute
die zondagochtend langs de plaatselijke cafés gereden, en nam zowaar de halve weg in
beslag met zijn fiets, zodat er zich noodgedwongen een file MG’s achter hem vormde.
Om te bekomen van de doorstane emoties zagen we ons genoodzaakt om wat verder even halt te houden bij een piepklein cafeetje met de naam “den Bierpaddestoel”. Alhoewel klein van buiten bleek het binnen toch een rijke keuze aan bieren te herbergen. Gesterkt door wat vloeibare hoppe konden we even later het laatste deel van de voormiddagrit afwerken, die ons in Stekene bracht op de terreinen van de Verbeke foundation. Gelukkig had Alain zijn Trophy voor de ingang gezet, want toen we het terrein opreden was onze eerste reactie: is het hier ? Het zag eruit als een fabrieksterrein, maar algauw bemerkten we toch een paar merkwaardige zaken, en de uitnodiging voor deze rit had ons al gewaarschuwd, dus ja, het moest hier wel zijn. Binnengekomen viel onze nikkel al snel. We werden in een omgeving ondergedompeld waar de (wilde) natuur, gecombineerd werd met cultuur en kunst, en waar dan nog een vleugje ecologie aan toegevoegd werd. Het geheel bestaat nog maar een 2-tal jaar en is daardoor nog maar amper bij het grote publiek bekend (zelfs mensen uit de streek kennen het amper). Je moet bijna tot het “wereldje” behoren, wil je dit al kennen of er geweest zijn. Welnu : we zijn er dus ook geweest. Op die uitzonderlijke locatie werden we verwacht voor het middagmaal, maar voor of na kon je nog een kijkje nemen en de opmerkelijke collectie aan moderne kunstwerken aanschouwen.
Het plan van aanpak was als volgt : eerst iets drinken, dan iets eten, en dan kijken we nog eens rond. Maar eens binnen vielen we van de ene verbazing in de andere. Zelf reeds tamelijk gefascineerd door de hersenspinsels van mensen à la Jan Fabre of een Panamarenko, gingen we van het ene naar het andere werk en vergaten daarbij onze lichamelijke noden… Toen we het terrein en de gebouwen verkend hadden kregen we nog één van de laatste broodjes te pakken en aan tafel hoorden we van ‘heb je dat gezien’, en ‘ben je daar al gaan kijken’. Bleek dus dat we nog heel wat gemist hadden, dus
snel verder eten en weer op verkenning gaan. Gelukkig was dit geen rit met vragen !
Als één van de laatste kwamen we buiten en zagen daar een groepje vrienden (in de schaduw) onder de motorkap van een MG gebogen staan. Dirk had pech en kreeg zijn MGB niet meer aan de praat. Geen ontsteking. We probeerden een diagnose te stellen, vervingen de bobijn, maar niks mocht baten : geen vonk op de bougies te krijgen. Dus werd het dan maar afslepen – jammer genoeg, want ‘we laten d’er nie graag enen achter’.
De namiddagrit ging langsheen de Belgisch-Nederlandse grens met als einddoel Brugge. Door de pechverhelping waren we al vrij laat aan, dus mocht onze MGA maar eens bewijzen uit welke Waregemse renstal zijn paardjes kwamen. Het was meteen ook het warmste moment van de dag, maar gelukkig waren de uitgekozen wegen rijkelijk voorzien van bomen, zodat er aan schaduw geen gebrek was. In het roadbook stonden nog leuke stopplaatsen aangegeven, maar daar we absoluut de rondleiding in de brouwerij in Brugge niet wilden missen, reden we verder. Iets verder bemerkten we echter de auto’s van onze bende, die rustig op een terrasje zaten te pintelieren. OK, als het zo zat, dan wilden we ook nog wel de tijd nemen om iets fris te nuttigen. Na een deugddoende verfrissing ging het dan verder richting Brugge. Doorheen de polders, en via het centrum van Damme, kwamen we uiteindelijk naast de Damse vaart te rijden, waar net de zwemwedstrijd Brugge – Damme aan de gang was; om tenslotte via een stukje ringweg rond Brugge de parking aan het station van Brugge te bereiken. Terwijl we de tonneau aan het dichtleggen waren
kwam de ene MG na de andere toe; zodat we uiteindelijk met een groepje de wandeling naar de brouwerij ‘De Halve Maan’ konden aanvatten. Luc en Katrien namen als Bruggelingen meteen het voortouw en vertelden ons onderweg nog een paar wetenswaardigheden over Brugge. Bij de brouwerij aangekomen konden we meteen aansluiten bij de rondleiding van de eerste groep. Verrassend was wel te horen dat er nog steeds op deze locatie (midden de stad Brugge) gebrouwen wordt ! Daarnaast was er ook het meer historische gedeelte waar onze gids ons de werkwijze van vroeger, met alle pikante details toevertrouwde, inclusief het ontstaan van de Franse uitdrukking “être
complètement siphonné”. De rondgang deed ons uiteindelijk nog meer dorst krijgen, zodat de ‘Brugse Zot’ die ons na afloop geschonken werd tamelijk snel soldaat werd gemaakt.
Aansluitend volgde nog een gezellig samenzijn in een prachtige zaal van de brouwerij. Het verzorgde en uitgebreide diner vormde meteen ook de perfecte afsluiter van deze mooie rit. Sandra en Alain, bij deze nogmaals van harte bedankt voor deze met smaak georganiseerde rit en de uitzonderlijke ervaring ’s middags ! (H)op naar de volgende editie !!!!!

2010 © MG Car Club Belgium 2010, All Rights Reserved · website by sliced.be